Gebruikershandleiding Nokia 2720

Om een noodoproep te kunnen plaatsen, dient u uw ICE (In Case of Emergency)-gegevens toe te voegen. Voeg uw persoonlijke gegevens toe door de bladertoets in te drukken en selecteer Instellingen > Apparaat > ICE-gegevens. Als u contacten voor de noodoproep wilt invoeren drukt u op de bladertoets en selecteert u Instellingen > Apparaat > ICE-gegevens > Opties > ICE-contact aanmaken. U kunt geen officiële noodnummers als uw ICE-contacten invoeren.

Zodra de toegankelijkheidsmodus is ingeschakeld en een ICE-contact is toegevoegd, kunt u een noodoproep plaatsen. Als u een noodoproep wilt plaatsen, houd u de Noodoproeptoets drie seconden ingedrukt of drukt u tweemaal snel op de noodoproeptoets. De telefoon belt uw eerste ICE-contact. Als dit contact niet binnen 25 seconden reageert, belt de telefoon het volgende contact tot aan het tiende zolang geen van hen antwoordt of totdat u op de eindetoets drukt.

U kunt ervoor kiezen een noodbericht te versturen als uw noodoproep niet wordt beantwoord. Druk op de bladertoets en selecteer Instellingen > Apparaat > Toegankelijkheidsmodus > Noodoproep > Noodbericht > Aan. Als u de standaardtekst van het bericht wilt aanpassen, selecteert u Noodbericht > Bewerken.